November luidt
November luidt den dood der zomerdagen,
- de laatste van een glorievollen tijd, -
die, een voor een, met droeven kerkhofwagen,
naar bloemelooze graven zijn geleid.
De mare is door het treurend woud gedragen,
dat, blaren strooiende, zijn rouw bereidt
en in de hagen late vogels klagen :
" November luidt! Den winter nu verbeidt ! "
En langs de paden van mijn stillen tuin
waar kranke wasem zweeft van stervend loover,
en ook een kille huivering reeds over
de kale twijgen rilt der boomenkruin,
daar bloeit als wintertroost een goudgegeelde,
een honderdkleurige chrysantenweelde.
uit : De gouden poort. Bloemlezing voor middelbaar en normaalonderwijs, J. Kuypers (ed.), Antwerpen, De Sikkel, 1943, 139 (vermelding uit : Stille Preludiën).
----
zie over Clemens Van Der Straeten : http://www.hasel.be/nl/subjects/6530/van-der-straeten-clemens-1887-1961
Geen opmerkingen:
Een reactie posten