De titel nodigt uiteraard uit tot enig debat. Het betreft hier een spreekwoord dat stelt dat men zich niet klakkeloos aan de letter van de wet moet houden, maar naar de geest ervan dient te handelen. Dit spreekwoord is gebaseerd op volgende passage in de bijbel (Tweede brief aan de Korintiërs 3.6) : “Hij is het die ons bekwaam heeft gemaakt om dienaren te zijn van een nieuw verbond, niet van de letter maar van de Geest. Want de letter doodt, maar de Geest maakt levend.” Misschien wat kort door de bocht….wil men hier als het ware de gekende stelling van “gezond verstand” aanhalen. Meestal geeft men iets dergelijks aan als een wet onrechtvaardig of onduidelijk is. Maar wie dient dit gezond verstand te gebruiken….en dient men dan zo maar de rechtstaat even buiten spel te plaatsen eens men met een onrechtvaardige of onlogische toestand zou worden geconfronteerd?
De geest van de
wet….doet mij uiteraard denken aan het meesterwerk van Montesquieu (voluit Charles Louis de Secondat,
baron de La Brède et de Montesquieu , 1689-1755), “De l’Esprit des Loix” of
“Over de geest van de wetten”. Hij is gekend voor zijn leer van de zogenaamde scheiding der machten. Deze theorie is
afgeleid uit het Hoofdstuk 6 van Boek XI van “Over de geest van de wetten”. In
dit hoofdstuk doet Montesquieu verslag over de Engelse staatsinrichting. In
feite wil de theorie van de scheiding der machten zeggen dat er drie machten
zijn : wetgevende, uitvoerende en autonome rechterlijke macht. De bedoeling is
dat de ene macht de andere macht zou controleren: checks and balances. De vraag
is waarom er dan zoveel problemen zijn met de toepassing van het recht.
Trouwens, …volgens
mij had men beter het Boek XXIX (“Over de manier waarop wetten dienen te worden
opgesteld”) wat meer onder de aandacht moeten brengen van “Over de geest van de
wetten” in de loop der jaren. Alleen de eenvoudige lezing van enkele passages geven
reeds aan waar het af en toe verkeerd kan gaan. Zo geeft Montesquieu aan :
-
(..) dat in de wetgever een
geest van gematigdheid dient te huizen (..) – hoofdstuk 1
-
(..) Wetten moeten in eenvoudige taal geschreven
zijn; een simpele formulering is altijd begrijpelijker dan een tekst vol
nuanceringen. – hoofdstuk 16
-
Wanneer een wet het kan stellen zonder
uitzonderingen, beperkingen of varianten, is het beter die er niet in op te
nemen, want dergelijke details vragen weer om nieuwe detailleringen – hoofdstuk
16
Dit zijn maar enkele bepalingen. Volgens mij zouden we af en toe dit deel
van het werk van Montesquieu eens aan een studie moeten onderwerpen. Misschien
kunnen we er nieuwe inspiratie in vinden.
Bibliografie
Montesquieu, “Over de geest van de wetten”, Uitgeverij Boom, Amsterdam
2006 , 888 p. (vertaling Jeanne Hollierhoek)
H.L. Cox (ed.) , Spreekwoorden in zes talen, Van Dale, Utrecht/Antwerpen,
1994, 130.
R. Lesaffer, “Inleiding tot de Europese rechtgeschiedenis”, Universitaire
pers Leuven, 354.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten